Stichting Bevordering Huisdierenwelzijn

Gemeenten

Zoek
Sluit dit zoekvak.
Gemeenten

Stichting Bevordering Huisdierenwelzijn fungeert op vrijblijvende en op ad hoc basis als adviseur voor de ontwikkeling dierenwelzijnsbeleid, met name gericht op onderwerpen aangaande huisdieren van huishoudens in minima. De stichting is onder meer adviseur van de gemeente Amsterdam. Met een aantal andere gemeenten is inmiddels contact over het dierenwelzijnsbeleid en specifiek over het onderwerp armoede en houden van huisdieren.

De stichting adviseert gemeenten ten aanzien van:

  • steunen ernstig zieke of gewonde huisdieren van eigenaren die verkeren in ernstige minima situatie
  • samenspel met bewindvoerders, maatschappelijke organisaties ten aanzien van beleid armoede en huisdieren
  • stimuleren samenspel tussen lokale dierenwelzijnsorganisaties, dierenartsen en maatschappelijke organisaties, enzovoorts via inzet van een adviescommissie dierenwelzijn;
  • TNR-aanpak (Trap, Neuter en Return methode, ofwel vangen, neutraliseren en terugplaatsen) van zwerfkatten;
  • tegengaan overlast zwerfdieren in de gemeente en omringende natuurgebieden;
  • voorlichting aan burgers ten aanzien van goed huisdieren bezit en risico’s zoönosen;
 

Voor vragen over dierenwelzijn of over ondersteuning van onze stichting bij de ontwikkeling van de nota dierenwelzijn kunnen gemeenten contact opnemen via email: info@huisdierenwelzijn.nl 

Het dierenwelzijnsbeleid van gemeenten richt zich op de wettelijke taken. De wijze waarop de huidige samenleving wil omgaan met dierenwelzijn is verandert en is er meer aandacht voor goede invulling van juist ook andere beleidsdoelen ter verdere bevordering van dierenwelzijn.

Steeds meer gemeenten hebben aandacht voor het ontwikkelen van een dierenwelzijnsbeleid en het vastleggen in een nota dierenwelzijn. Binnen de ontwikkeling van de nota dierenwelzijn wordt veelal ook aandacht gegeven aan huisdieren van mensen verkerend in minima situatie. Daarnaast ontstaat ook is de tendens om het dierenwelzijnsbeleid te harmoniseren binnen andere gemeentelijke domeinen.

In de Wet Dieren is bepaald dat de intrinsieke waarde van dieren erkend wordt.

De intrinsieke waarde van een dier verwijst naar een eigenwaarde, ofwel wezens met gevoel. Het erkennen van deze eigenwaarde brengt met zich mee dat we de belangen van dieren meewegen in het nemen van beslissingen. Deze wet is voor alle dieren hetzelfde, ongeacht de relatie die het dier heeft met de mens.

Beslissingen die wij nemen, die van invloed zijn op de leefomgeving van dieren of over dieren, mogen niet leiden tot structurele of substantiële aantasting van dierenwelzijn, bijvoorbeeld gezondheid of integriteit van het dier.

Om te toetsen of gehouden dieren een positieve staat ervaren wordt er uitgegaan van de vijf vrijheden van Brambell, vastgelegd in de Wet Dieren, inhoudende:

  • vrij zijn van honger en dorst
  • vrij van ongemak
  • vrij van pijn, verwondingen en ziekte
  • vrij van angst en stress
  • vrij om normaal gedrag te vertonen

De eerste vier vrijheden richten zich op het niet schaden van het welzijn. De vijfde vrijheid is gericht op het stimuleren van goed dierenwelzijn.